De impact van mediation in strafzaken op verdachten

In het kader van haar proefschrift heeft Jiska Jonas-van Dijk aan de Universiteit Twente en Universiteit Maastricht onderzoek gedaan naar de impact van mediation in strafzaken op verdachten.

Mediation in strafzaken geeft slachtoffers en verdachten van een delict de mogelijkheid om in gesprek te gaan. Op die manier kunnen slachtoffers vragen stellen en uitleggen wat de daadwerkelijke impact is geweest van het delict. De verdachte kan in dit proces onder andere verantwoordelijkheid nemen, spijt betuigen en excuses maken. Tijdens mediation proberen partijen overeen te komen hoe de geleden schade hersteld kan worden. De vraag die centraal stond in het onderzoek was de volgende: Is deelname aan mediation gerelateerd aan een lagere recidivekans, en zo ja, hoe? Eerder (inter)nationaal onderzoek liet al een gunstige relatie zien tussen mediation en een lagere recidivekans. Echter was er in dit onderzoek vaak sprake van een zelfselectiebias. Verdachten die hadden deelgenomen aan mediation (bereidwillige verdachten) werden vaak vergeleken met verdachten die niet hadden deelgenomen aan mediation (mogelijk niet-bereidwillige verdachten). Eventueel vooraf bestaande verschillen tussen deze groepen kunnen een verklaring zijn voor een lagere recidivekans. Mogelijk zijn verdachten die bereid zijn om deel te nemen zich beter bewust van de gevolgen van hun handelen of hebben ze meer spijt. In het onderzoek van Jonas-van Dijk is de rol van deze zelfselectiebias onderzocht, door het includeren van een controlegroep van verdachten die bereid waren deel te nemen, maar waarbij het slachtoffer het aanbod afwees. Daarnaast werd onderzocht of het eventueel uitblijven van een sanctie nadien een verklarende factor kon zijn voor de lagere recidivekans. Rekening houdend met zowel de zelfselectie bias en het sanctioneren kon geconcludeerd worden dat een deel van de impact op recidive verklaard wordt door het mediation proces. Met andere woorden, er lijkt iets te gebeuren in het mediationproces dat impact heeft op de kans op recidive. Als vervolg hierop werd ook onderzocht welke psychologische impact mediation heeft op verdachten. Hiervoor zijn psychologische variabelen gemeten onder verdachten die deelnamen aan mediation en verdachten die niet hebben deelgenomen (omdat het slachtoffer het aanbod afwees) en deze zijn met elkaar vergeleken. Uit de resultaten bleek dat verdachten die deelnamen naderhand hogere gevoelens van schuld en schaamte hadden, meer verantwoordelijkheid namen en empathie hadden voor het slachtoffer en zich meer bewust waren van hun moreel falen. Ten slotte was er een stukje relatieherstel: het werd voor verdachten minder ongemakkelijk om het slachtoffer in de toekomst opnieuw onder ogen te komen. Elementen die lijken bij te dragen aan de psychologische impact zijn, volgens het on­­derzoek van Jonas (et al.) te onderscheiden in fundamentele condities en werkende mechanismes. Verondersteld wordt dat deze fundamentele condities in elke mediation proces aanwezig dienen te zijn om tot een constructief dialoog te komen. Dit zijn vrijwillige deelname, goede voorbereiding en professionele competenties van de mediator. De werkende mechanismes, die bij voorkeur ook aanwezig zijn, maar meer variabel en minder controleerbaar zijn, zijn de humaniserende werking en het lerende mechanisme van mediation en de houding van het slachtoffer. Al met al hebben de onderzoeken in het proefschrift, door het gebruik van verschillende onderzoeksdesigns, getracht de black box van mediation te openen. De uitkomsten bieden nieuwe theoretische inzichten op het gebied van mediation, evenals praktische aanbevelingen.

Jiska Jonas-van Dijk promoveerde op 7 februari 2024 aan de Universiteit Maastricht. Promotoren: prof. mr. Hans Nelen, Universiteit Maastricht, prof. Sven Zebel, Universiteit Twente, Vrije Universiteit Amsterdam, en prof. mr. Jacques Claessen, Universiteit Maastricht.

Jiska Jonas-van Dijk
Opening the black box of victim-offender mediation: Does participation in VOM reduce offenders’ risk of reoffending and, if so, how?

Het volledige proefschrift is hier online te vinden.

Over de auteur(s)